Het was bloedheet in de metro en behoorlijk druk. Ik stond ingeklemd tussen schaars geklede mensen en had niets beters te doen dan om me heen kijken en de mensen te observeren. De meesten keken op hun telefoon, een minderheid staarde met een vermoeide blik voor zich uit. Schuin tegenover mij zaten een meisje en een jongen hand in hand. Zij was gekleed in een Ibiza-style rok en een zwart topje, hij droeg een korte broek en een wit hemdje waarop een skateboard stond afgebeeld. Beiden hadden flink wat tattoos op hun armen. Ze hadden geen oog voor hun omgeving, maar keken naar elkaar met ogen waar een diep verlangen naar de ander uit sprak.
Toen de metro op het Centraal Station stopte, gingen er heel wat passagiers uit wat voor een kort moment een beetje lucht gaf. Onder de mensen die zich vanaf het perron naar binnen drongen was een hoogzwangere vrouw. Ze was gekleed in een luchtige zomerjurk en droeg een schoudertas. Aan haar voeten had ze Birkenstock slippers en de nagels van haar tenen waren gelakt in een koele blauwe kleur. Dat blauw op haar teennagels was overigens het enige wat bij haar koelheid uitstraalde, want verder maakte ze een vermoeide en vooral verhitte indruk.
Van het jonge stel tegenover me keek het meisje vertederd naar de vrouw en dan met name naar haar ronde buik. Ze glimlachte naar de vrouw. De jongen daarentegen keek juist vol afschuw naar de uitpuilende buik, wendde snel zijn blik af en pakte zijn telefoon uit zijn broekzak.
Kennelijk kwam het bij niemand van de zittende passagiers in hun gedachten op om hun zitplaats af te staan aan de zwangere vrouw, want iedereen bleef zitten en keek op zijn of haar telefoon of staarde door de raampjes de donkere metrobuis in. Ook het jonge stel bleef zitten.
Maar plotseling, alsof ze wakker schrok en zich bewust werd van haar omgeving, rechtte het meisje haar rug en zei iets tegen de jongen terwijl ze met haar blik in de richting van de zwangere vrouw wees. Voor een kort moment keek hij op van zijn telefoon, haalde zijn schouders op en richtte zijn aandacht weer op het verlichte schermpje van zijn mobiel. Even keek het meisje de jongen aan en ik zag hoe haar blik veranderde van verbazing, via verbijstering naar verontwaardiging. Met een snelle beweging griste ze de telefoon uit zijn handen, stond op en zei tegen de zwangere vrouw: “U kunt wel op mijn plaats komen zitten hoor mevrouw.” Vervolgens wierp ze nog een dodelijke blik op de verbaasd kijkende jongen en beende met driftige passen weg, naar het voorste deel van de metro.
De vrouw ging op de lege plek naast de jongen zitten en zei tegen hem: “Fijn dat je vriendin haar plaats afstond, wil je haar daar straks voor bedanken?”
De jongen keek de vrouw aan, knikte, mompelde onhandig sorry en liep het meisje achterna.