De kast (deel 2)
Voor deel 1 klik hier. Het was een boek. Een boek met de titel: Man en Vrouw, voor- en in het huwelijk. Toen ik het opende … Lees verder De kast (deel 2)
Voor deel 1 klik hier. Het was een boek. Een boek met de titel: Man en Vrouw, voor- en in het huwelijk. Toen ik het opende … Lees verder De kast (deel 2)
Aldus hopen wij ons gekweten te hebben van de taak, die wij ons voorgesteld hadden, te weten het christelijk publiek voor te lichten omtrent de meer … Lees verder De kast (deel 1)
Dit blog is eerder gepubliceerd op 07 september 2017 Als kind luisterde ik altijd geboeid naar mijn vader wanneer hij na de avondmaaltijd uit de bijbel voorlas. Gedurende mijn kinderjaren was dat uit het “Groot Vertelboek voor de Bijbelse Geschiedenis” … Lees verder Heden zult gij met Mij in het Paradijs zijn
winterlicht op strand bleke zon zich spiegelend aan het zoute land het wasbord van weleer draagt de handen van mijn moeder Lees verder Tanka
De kamer! Gezellig, die kamer, op zo’n koude winteravond! De kachel snort…. gloeiend staat hij….! De koffie pruttelt. De grote petroleum lamp brandt. De tafel is … Lees verder Lofzang op Leonard Roggeveen
Voorgelezen worden, welk kind wil dat niet? En dan misschien wel het liefst, net als ik vroeger, door de moeder. Mijn moeder las ons geregeld voor … Lees verder Moedervertellingen
Ik ben opgegroeid in een Calvinistisch gezin, om precies te zijn, met de Gereformeerde variant. ’s Zondags twee keer naar de kerk; een sober gebouw met een kansel, een doopvont, orgel en banken. Zonder enige opsmuk, zonder verdere aankleding.Ik vond het er saai en de preken duurden steevast veel te lang, zeker voor een beweeglijk jongetje zoals ik in die tijd was. De King Pepermunten brachten slechts korte tijd verlichting. Toen ik van de lagere school naar de MULO ging, kreeg ik een vriendje die Rooms Katholiek was. Jaap heette hij en we zaten naast elkaar in de klas. Mijn ouders waren er niet … Lees verder Rooms
Al een aantal keer was het bord op de woning ons opgevallen. We kwamen er langs op weg naar- en van school. Het was bevestigd aan de deur van het oude huis van opa Lindeboom. Opa Lindboom was helemaal geen echte opa van mij, maar werd door iedereen in het dorp zo genoemd. Het was toen in mijn perceptie een erg oude man, die altijd op geruite pantoffels door het dorp slofte. In de tijd dat er bij ons thuis nog geen televisietoestel stond, gingen we op woensdag- en zaterdagmiddag om vijf uur voor een stuiver bij opa Lindeboom televisie kijken. … Lees verder Onbewoonbaar verklaard
Voor deel 1 klik hier. Nadat we een tijdje zwijgend en ook wat verlegen met de situatie bij elkaar hadden gestaan, was het opnieuw Erik die het initiatief nam. Hij stelde voor de boekjes te verdelen over ons vieren, zodat ieder voor zich er mee kon doen wat hij wilde. Hij hurkte neer bij de tijdschriften en voegde direct de daad bij het woord. Vier stapeltjes maakte hij en gaf ons er elk een. Toen ik ’s avonds aan de eettafel zat moest ik de hele tijd denken aan de boekjes die ik onder mijn matras had verstopt. Ik vergat … Lees verder Het kikkerslootje – deel 2/2
Het was altijd heerlijk spelen in het gebied dat wij “De Geest” noemden. Het maakte deel uit van het tuinbouwgebied achter de duinen bij het dorp Loosduinen waar ik ben opgegroeid. Er was tuinbouw op de koude grond en ook onder glas, het zogenaamde platglas. Langs de hele lengte van de Kijkduinsestraat, dat was de straat die van het dorp in de richting van het strand Kijkduin liep, lag een kikkerslootje. Het was een smal en enigszins modderig slootje dat diende als afwatering voor de tuinen van De Geest. Op sommige plekken stond lage bebossing. Het was een wereld van kikkervisjes, … Lees verder Het kikkerslootje – deel 1/2
Gisteren ben ik in de tuin bezig geweest. Het was een perfecte dag om wat hoogst noodzakelijke zaken ter hand te nemen, want het onkruid tierde … Lees verder Het verlossende woord
Het was het magische winterwoord vroeger bij mij op de lagere school -zo heette dat toen nog-. Het hing al een paar dagen in de lucht en de geruchten gingen rond op het schoolplein en in het klaslokaal. De bovenmeester ging zelf alle klassen rond om het blijde nieuws te brengen. Dat hij de klassen in kwam was hoogst ongebruikelijk, want “het hoofd der school” was meestal te vinden op zijn kantoor met uitzicht op het schoolplein. Soms viel hij in als er een leerkracht afwezig was door ziekte of ander ongemak. Dat was altijd spannend, want hij gaf niet … Lees verder IJsvrij